Vocabulary (Review)

Learn New Words FAST with this Lesson’s Vocab Review List

Get this lesson’s key vocab, their translations and pronunciations. Sign up for your Free Lifetime Account Now and get 7 Days of Premium Access including this feature.

Lesson Notes

Unlock In-Depth Explanations & Exclusive Takeaways with Printable Lesson Notes

Unlock Lesson Notes and Transcripts for every single lesson. Sign Up for a Free Lifetime Account and Get 7 Days of Premium Access.

Lesson Transcript

In this video, you'll learn 20 of the most common words and phrases in Dutch.
Hi everybody, my name is Thomas.
Welcome to The 800 Core Dutch Words and Phrases video series!
This series will teach you the eight hundred most common words and phrases in Dutch.
Ok! Let's get started! First is…
1.
(NORMAL SPEED)
buiten
(NORMAL SPEED)
"outside"
(NORMAL SPEED)
buiten
(SLOW)
buiten
(NORMAL SPEED)
"outside"
(NORMAL SPEED)
Doe je jas aan want het is koud buiten.
(NORMAL SPEED)
"Put on your jacket, because it's cold outside."
(SLOW)
Doe je jas aan want het is koud buiten.
2.
(NORMAL SPEED)
binnenkant
(NORMAL SPEED)
"inside"
(NORMAL SPEED)
binnenkant
(SLOW)
binnenkant
(NORMAL SPEED)
"inside"
(NORMAL SPEED)
Sojabonen groeien aan de binnenkant van een dop.
(NORMAL SPEED)
"Soybeans grow inside the pods."
(SLOW)
Sojabonen groeien aan de binnenkant van een dop.
3.
(NORMAL SPEED)
links
(NORMAL SPEED)
"left"
(NORMAL SPEED)
links
(SLOW)
links
(NORMAL SPEED)
"left"
(NORMAL SPEED)
Ga rechtdoor en sla dan bij de tweede kruising linksaf.
(NORMAL SPEED)
"Go straight, and then turn left at the second intersection."
(SLOW)
Ga rechtdoor en sla dan bij de tweede kruising linksaf.
4.
(NORMAL SPEED)
rechts
(NORMAL SPEED)
"right"
(NORMAL SPEED)
rechts
(SLOW)
rechts
(NORMAL SPEED)
"right"
(NORMAL SPEED)
Sla bij het volgende stoplicht rechtsaf.
(NORMAL SPEED)
"Turn right at the next light."
(SLOW)
Sla bij het volgende stoplicht rechtsaf.
5.
(NORMAL SPEED)
eerste
(NORMAL SPEED)
"first"
(NORMAL SPEED)
eerste
(SLOW)
eerste
(NORMAL SPEED)
"first"
(NORMAL SPEED)
Heb je ooit eerste klas gevlogen?
(NORMAL SPEED)
"Have you ever flown first class?"
(SLOW)
Heb je ooit eerste klas gevlogen?
6.
(NORMAL SPEED)
tweede
(NORMAL SPEED)
"second"
(NORMAL SPEED)
tweede
(SLOW)
tweede
(NORMAL SPEED)
"second"
(NORMAL SPEED)
Ze kochten een tweede huis op Hawaii.
(NORMAL SPEED)
"They bought a second house in Hawaii."
(SLOW)
Ze kochten een tweede huis op Hawaii.
7.
(NORMAL SPEED)
derde
(NORMAL SPEED)
"third"
(NORMAL SPEED)
derde
(SLOW)
derde
(NORMAL SPEED)
"third"
(NORMAL SPEED)
Hij werd derde in de zwemwedstrijd.
(NORMAL SPEED)
"He came in third at the swimming competition."
(SLOW)
Hij werd derde in de zwemwedstrijd.
8.
(NORMAL SPEED)
zeep
(NORMAL SPEED)
"soap"
(NORMAL SPEED)
zeep
(SLOW)
zeep
(NORMAL SPEED)
"soap"
(NORMAL SPEED)
Was je elke dag met zeep en water.
(NORMAL SPEED)
"Bathe with soap and water every day."
(SLOW)
Was je elke dag met zeep en water.
9.
(NORMAL SPEED)
tandenborstel
(NORMAL SPEED)
"toothbrush"
(NORMAL SPEED)
tandenborstel
(SLOW)
tandenborstel
(NORMAL SPEED)
"toothbrush"
(NORMAL SPEED)
Kun je me die tandenborstel geven?
(NORMAL SPEED)
"Can you give me that toothbrush?"
(SLOW)
Kun je me die tandenborstel geven?
10.
(NORMAL SPEED)
tandpasta
(NORMAL SPEED)
"toothpaste"
(NORMAL SPEED)
tandpasta
(SLOW)
tandpasta
(NORMAL SPEED)
"toothpaste"
(NORMAL SPEED)
We zitten zonder tandpasta.
(NORMAL SPEED)
"We're out of toothpaste."
(SLOW)
We zitten zonder tandpasta.
11.
(NORMAL SPEED)
shampoo
(NORMAL SPEED)
"shampoo"
(NORMAL SPEED)
shampoo
(SLOW)
shampoo
(NORMAL SPEED)
"shampoo"
(NORMAL SPEED)
Heb je de shampoo gezien?
(NORMAL SPEED)
"Have you seen the shampoo?"
(SLOW)
Heb je de shampoo gezien?
12.
(NORMAL SPEED)
informatie
(NORMAL SPEED)
"information"
(NORMAL SPEED)
informatie
(SLOW)
informatie
(NORMAL SPEED)
"information"
(NORMAL SPEED)
Ik verzamel informatie op het internet.
(NORMAL SPEED)
"I gather information from the Internet."
(SLOW)
Ik verzamel informatie op het internet.
13.
(NORMAL SPEED)
boer
(NORMAL SPEED)
"farmer"
(NORMAL SPEED)
boer
(SLOW)
boer
(NORMAL SPEED)
"farmer"
(NORMAL SPEED)
De boer is in tarweveld.
(NORMAL SPEED)
"The farmer is in the wheat field."
(SLOW)
De boer is in tarweveld.
14.
(NORMAL SPEED)
secretaresse
(NORMAL SPEED)
"secretary"
(NORMAL SPEED)
secretaresse
(SLOW)
secretaresse
(NORMAL SPEED)
"secretary"
(NORMAL SPEED)
Mijn secretaresse is georganiseerd en gedetailleerd.
(NORMAL SPEED)
"My secretary is organized and detailed."
(SLOW)
Mijn secretaresse is georganiseerd en gedetailleerd.
15.
(NORMAL SPEED)
bankier
(NORMAL SPEED)
"banker"
(NORMAL SPEED)
bankier
(SLOW)
bankier
(NORMAL SPEED)
"banker"
(NORMAL SPEED)
Voordat ik een lening kreeg om een huis te kopen heb ik 10 bankiers ontmoet.
(NORMAL SPEED)
"I met with 10 bankers before I received a loan to buy a house."
(SLOW)
Voordat ik een lening kreeg om een huis te kopen heb ik 10 bankiers ontmoet.
16.
(NORMAL SPEED)
schrijver
(NORMAL SPEED)
"writer"
(NORMAL SPEED)
schrijver
(SLOW)
schrijver
(NORMAL SPEED)
"writer"
(NORMAL SPEED)
Ik werk als tandarts maar eigenlijk wil ik een schrijver zijn.
(NORMAL SPEED)
"I work as a dentist, but I really want to be a writer."
(SLOW)
Ik werk als tandarts maar eigenlijk wil ik een schrijver zijn.
17.
(NORMAL SPEED)
proberen
(NORMAL SPEED)
"try"
(NORMAL SPEED)
proberen
(SLOW)
proberen
(NORMAL SPEED)
"try"
(NORMAL SPEED)
We proberen een telefooncel te vinden.
(NORMAL SPEED)
"We are trying to find a phone booth."
(SLOW)
We proberen een telefooncel te vinden.
18.
(NORMAL SPEED)
meten
(NORMAL SPEED)
"measure"
(NORMAL SPEED)
meten
(SLOW)
meten
(NORMAL SPEED)
"measure"
(NORMAL SPEED)
Meer of minder is prima. Je hoeft niet elke millimeter te meten.
(NORMAL SPEED)
"More or less is fine. You don't have to measure every millimeter."
(SLOW)
Meer of minder is prima. Je hoeft niet elke millimeter te meten.
19.
(NORMAL SPEED)
bewaren
(NORMAL SPEED)
"keep"
(NORMAL SPEED)
bewaren
(SLOW)
bewaren
(NORMAL SPEED)
"keep"
(NORMAL SPEED)
Het is niet makkelijk om steeds met nieuwe ideeën te komen.
(NORMAL SPEED)
"It's not so easy to keep creating new ideas."
(SLOW)
Het is niet makkelijk om steeds met nieuwe ideeën te komen.
20.
(NORMAL SPEED)
wachten
(NORMAL SPEED)
"wait"
(NORMAL SPEED)
wachten
(SLOW)
wachten
(NORMAL SPEED)
"wait"
(NORMAL SPEED)
Hij zei dat hij op ons zou wachten.
(NORMAL SPEED)
"He said that he would wait for us."
(SLOW)
Hij zei dat hij op ons zou wachten.
Well done! In this lesson, you expanded your vocabulary and learned 20 new useful words.
See you next time!
Tot ziens.

Comments

Hide