Hi everybody, I'm Tom. |
These are intermediate phrases that you can use in everyday life. You can use them when you travel, at work or for your studies. They are for asking and answering questions. |
Alright, let's get started! |
Ik wil graag naar ~ |
"I'd like to go to ~." |
(SLOW) Ik wil graag naar ~ |
Ik wil graag naar ~ |
Is er een pinautomaat in de buurt? |
"Is there an ATM nearby?" |
(SLOW) Is er een pinautomaat in de buurt? |
Is er een pinautomaat in de buurt? |
Vertel me alsjeblieft meer over ~. |
"Please tell me more about ~." |
(SLOW) Vertel me alsjeblieft meer over ~. |
Vertel me alsjeblieft meer over ~. |
Je hebt een goede smaak. |
"You have good taste." |
(SLOW) Je hebt een goede smaak. |
Je hebt een goede smaak. |
Heb je volgende week zaterdag tijd? |
"Do you have time next Saturday?" |
(SLOW) Heb je volgende week zaterdag tijd? |
Heb je volgende week zaterdag tijd? |
De bus kwam niet daarom ben ik te laat. |
"I am late because the bus did not show up." |
(SLOW) De bus kwam niet daarom ben ik te laat. |
De bus kwam niet daarom ben ik te laat. |
Wees alstublieft stil. |
"Please keep quiet." |
(SLOW) Wees alstublieft stil. |
Wees alstublieft stil. |
Heb je een vraag? |
"Do you have a question?" |
(SLOW) Heb je een vraag? |
Heb je een vraag? |
Ik voel me niet zo goed. Mag ik vrij voor vandaag? |
"I don't feel well. Can I be excused for the day?" |
(SLOW) Ik voel me niet zo goed. Mag ik vrij voor vandaag? |
Ik voel me niet zo goed. Mag ik vrij voor vandaag? |
Wat raadt u aan? |
"What do you recommend?" |
(SLOW) Wat raadt u aan? |
Wat raadt u aan? |
Bevat dit gerecht ~? |
"Does this dish contain any ~?" |
(SLOW) Bevat dit gerecht ~? |
Bevat dit gerecht ~? |
Ik kan geen ~ eten/drinken. |
"I can't eat/drink ~." |
(SLOW) Ik kan geen ~ eten/drinken. |
Ik kan geen ~ eten/drinken. |
Ik vind het leuk om ~. |
"I like to ~." |
(SLOW) Ik vind het leuk om ~. |
Ik vind het leuk om ~. |
Hoe is het weer? |
"How's the weather?" |
(SLOW) Hoe is het weer? |
Hoe is het weer? |
Ik ben mijn [voorwerp] verloren. |
"I lost my [item]!" |
(SLOW) Ik ben mijn [voorwerp] verloren! |
Ik ben mijn [voorwerp] verloren! |
Kan ik hier zitten? |
"Can I sit here?" |
(SLOW) Kan ik hier zitten? |
Kan ik hier zitten? |
Heeft u een ~? |
"Do you have a ~?" |
(SLOW) Heeft u een ~? |
Heeft u een ~? |
Ik zoek een/de ~. |
"I'm looking for a/the ~." |
(SLOW) Ik zoek een/de ~. |
Ik zoek een/de ~. |
Mijn e-mailadres is ~. |
"My e-mail address is ~." |
(SLOW) Mijn e-mailadres is ~. |
Mijn e-mailadres is ~. |
Wat doe je voor werk? |
"What do you do?" |
(SLOW) Wat doe je voor werk? |
Wat doe je voor werk? |
Ik ben naar de film geweest. |
"I went to the cinema." |
(SLOW) Ik ben naar de film geweest. |
Ik ben naar de film geweest. |
Kom binnen! |
"Come in!" |
(SLOW) Kom binnen! |
Kom binnen! |
Mijn favoriete liedje is ~. |
"My favorite song is ~." |
(SLOW) Mijn favoriete liedje is ~. |
Mijn favoriete liedje is ~. |
Van welke soort muziek hou je? |
"What kind of music do you like?" |
(SLOW) Van welke soort muziek hou je? |
Van welke soort muziek hou je? |
Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag! |
"Happy birthday!" |
(SLOW) Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag! |
Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag! |
Those were 25 Must-Know Intermediate Phrases. I hope they were helpful for you. That's everything for the lesson, thank you very much for watching. |
Please make sure to click the link in the description to learn more Dutch at DutchPod101.com. |
Also if you liked the video, don't forget to give it a thumbs up and subscribe to our channel if you haven't already! |
Thank you again and I'll see you again soon! Bye bye! |
Comments
Hide